Categorieën
Blogbericht Paul

Verantwoordelijk

De lezers weten dat ik geen econoom ben. Verre van dat zelfs ?, maar ik waag me toch aan een korte overweging op dat vlak.

Het spook van de inflatie waart al weer een tijdje rond. De rente stijgt en zelfs het r-woord verschijnt weer regelmatig in de kolommen van de schrijvende pers. De excessieve stijging van energiekosten en brandstofprijzen wordt als voornaamste oorzaak van de hoge inflatie gezien. De overheid droeg haar steentje bij door bijvoorbeeld de accijns op brandstof te verlagen, maar inmiddels zitten we weer op het niveau van daarvoor. Als het internationale bedrijfsleven ook zijn verantwoordelijkheid zou nemen, zou de inflatie niet zo’n gevaarlijke vlucht nemen en lag een recessie niet op de loer. Een kwestie van maatschappelijk verantwoord ondernemen. De winsten van oliemaatschappijen en (internationale) energiebedrijven schieten door het plafond, maar dat weerhoudt hen er niet van de stijging van olie- en gasprijzen op de internationale markten direct en meedogenloos aan de consument door te berekenen.

Laten we een voorbeeld nemen. De winst van Shell bedroeg in de afgelopen vijf jaar gemiddeld 8 miljard euro. Het zogenaamde verlies van 20 miljard in coronajaar 2020 blijkt na uitfiltering een weliswaar kleine winst van 5 miljard te zijn. De winst over het eerste kwartaal van 2022 bedroeg zelfs 7,1 miljard, wat een record betekende. En ondertussen stijgen de prijzen aan de pomp tot ongekende hoogte.

Nog een voorbeeld. Heineken. Het coronajaar 2020 was uiteraard een minder jaar voor Heineken, maar de bierbrouwer kon het jaar toch nog afsluiten met een winst van 1,2 miljard op een omzet van 19,7 miljard. Over 2021 was de winst bijna drie keer zo hoog (3,4 miljard) met slechts een lichte stijging van de omzet tot 21,9 miljard. Toch aarzelt onze nationale biertrots geen moment om de stijgende grondstofprijzen onmiddellijk middels een onlangs aangekondigde prijsstijging van 5,8% voor de horeca, aan zijn afnemers door te berekenen. Een biertje zal dus duurder worden met alle gevolgen ervan voor de inflatie.

Kortom, als we iets aan de inflatie willen doen, moeten we het internationale bedrijfsleven  aanspreken op zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid. Maar ja, of we die verantwoordelijkheid kunnen verwachten van een onderneming die onder leiding van Jeroen van der Veer niet zo lang geleden nog corrupte wetenschappers omkocht om met ondeugdelijke artikelen de klimaatdiscussie valselijk te beïnvloeden, lijkt een utopie.

Natuurlijk zullen bedrijfskundigen en economen met allerlei redenen komen waarom de manier waarop deze bedrijven handelen noodzakelijk is voor een gezonde bedrijfsvoering, lees voor de aandeelhouder, maar die grammofoonplaat kennen we nu wel. Een keer buiten de box denken kan nooit kwaad toch?

Ik ga nu maar een biertje drinken zolang het nog te betalen is…. 🙂

Tot de volgende keer…!

Categorieën
Blogbericht Paul

Uit de brand

Het was acht uur op een koude januari-ochtend in 2012 en ik stond aan de Ijsselweg in Terborg met een versleten sporttas en mijn hond Boun. Ik ritste mijn jas goed dicht, want de ijzige wind was stevig.  De geparkeerde auto’s langs de weg  waren bedekt met een dikke laag ijs. Nadat mijn hotel een week daarvoor was afgebrand en ik geen plek had om naar toe te gaan, had ik me gemeld bij Bert, een dierbare vriend van me die in een aanpalend dorp woonde. Ik moest namelijk in de buurt blijven voor het afronden van allerlei verzekerings- en politiezaken, dus ik kon niet naar mijn eigen huis in Laren. Na een paar dagen was ik het al zat. De klap van de brand was hard aangekomen en ik wilde eigenlijk gewoon alleen zijn. En in plaats van dat Bert mij enigszins verzorgde – wat ik natuurlijk niet echt verwachtte – was ik de hele dag bezig met boodschappen doen, koken, de tuin opruimen, de uitpuilende vuilnisbakken buiten zetten en meer karweitjes waar ik geen enkele zin in had. Bert deed niets. Nou was ik dat wel van hem gewend, maar op dat moment kon ik er volstrekt niet tegen en liep de irritatie bij mij snel op. Toen ik na weer een lange slapeloze nacht die ochtend om zeven uur koffie wilde zetten en de enorme bende in de keuken zag, werd het me teveel. Ik pakte mijn tas,  Boun sjokte achter me aan en ik besloot naar het plaatselijke hotel te gaan om daar de komende tijd door te brengen. Wazig keek ik voor me uit, koud en verdrietig. Ik voelde me eenzaam. Hilde, die ik pas sinds kort mijn vriendin mocht noemen, was in Laren, Clementine in Bordeaux en als ik aan een van de twee dacht, welden de tranen in mijn ogen op. Elke minuut van de dag dacht ik aan wat me was overkomen. ’s-Nachts kon ik niet slapen, de beelden van de brand, die zo onschuldig begon, maar die uiteindelijk mijn hotel tot aan de grond in de as had gelegd, trokken constant langs me heen en hielden me klaarwakker. Het had zo’n mooi avontuur geleken. Maar uiteindelijk had het niet meer dan een schamele zes maanden geduurd.

Koninginnedag het jaar daarvoor was ik naar de Achterhoek vertrokken om de moeilijke en uitzichtloze situatie van dat moment voor een paar weken te ontvluchten. Bij Bert kon ik altijd terecht en bij hem kon ik mezelf zijn en hoefde ik niks. Behalve dan wat voor hem zorgen, wat een dagtaak is die prima was om mijn zinnen te verzetten. Ik was verliefd geworden op een geweldige vrouw. Het was een gevoel dat ik al jaren niet meer had gehad en omdat ik het idee had dat ik, in tegenstelling tot de tientallen jaren daarvoor, op dat moment misschien eindelijk in staat was tot een serieuze relatie waarin ik niet standaard de ander uiteindelijk altijd kwetst en diep ongelukkig maak , maakte ik er serieus werk van. Hilde had de schoonheid en uitstraling die je zelden tegenkomt en ik was niet de enige die daar oog voor had. Maar al snel werd mij duidelijk dat mijn avances in haar getroubleerde en onzekere bestaan van dat moment tot niets konden leiden en het dagelijkse bestaan voor haar eigenlijk alleen maar moeilijker maakte. De situatie was gecompliceerd en Hilde had het zwaar. Ik had moeite dat aan te zien, kon niets doen om haar te helpen en voelde me met de dag machtelozer. Ik moest weg, afstand nemen, waardoor ze meer tijd en rust zou krijgen haar leven weer op de rit te krijgen, waarna er misschien wél een kans was dat ze mijn liefde voor haar zou kunnen beantwoorden.  Distance makes the heart grow fonder. Daar hield ik me in mijn wanhoop aan vast. En dat gebeurde uiteindelijk ook.

Bij Bert hield ik me bezig met het huishouden. De onbeschrijfelijke chaos in zijn huis, dat meer leek op een winkel van Sinkel of een museum met foute prullaria, schreeuwde om een grondige opruiming. En daarbij was alles vies. De keuken was smerig, met beschimmelde pannen, dagenoude afwas en alles wat je aanpakte voelde plakkerig en kleefde aan je handen. Er was dus genoeg te doen en hoewel ik wist dat als ik eenmaal was vertrokken en een schoon huis had achtergelaten, de boel na een week weer in dezelfde trieste staat zou zijn geraakt, was het voor mij een welkome bezigheid wat orde in de chaos aan te brengen. Het was hopeloos, maar het gaf me wat te doen, waardoor ik niet elke minuut aan mijn achtergelaten liefde dacht. Eén keer heb ik haar gemaild en verteld hoe ik over haar en ons dacht. Ik legde haar uit wat ik voor haar voelde, dat ik haar begreep en hoe moeilijk ik het vond dat ik niets voor haar kon doen. ‘Ik zie een toekomst voor ons samen’. Veel meer zei ik niet. Het was aan haar en ik kon alleen maar afwachten of mijn vertrek het gewenste resultaat zou opleveren. Ze mailde terug dat ik niet op haar moest wachten. Ze was in de war.                                                     

Ik ging maar weer rendang maken.

Op een zondagavond, op een van onze zoektochten naar een plek om wat biertjes te drinken, kwamen we in het naburige dorpje Silvolde langs Herberg Jan. Een dorpshotel zoals je dat in dorpen of kleine steden vaker aantreft. Een mooi oud en statig pand op een centrale plek met een klein aantal kamers en op de begane grond een nogal gedateerd klassiek restaurant met dubbel linnen, grote wijnglazen en veel koper. Zo’n plek waar de omgeving zijn bruiloft, pensionering, jubilea of andere memorabele gebeurtenissen viert en waar op zondagavond de gegoede burgerij met het gezin en aanhang komt dineren. De plaatselijke schietclub kwam er, het was het centrum van carnaval, de jachtvereniging en allerlei andere organisaties hielden er hun jaarlijkse vergadering of clubavond. Het adres was Markt 1. Bert vertelde me dat na het overlijden van de eigenaar de zaak al een half jaar leeg stond en dat de kinderen ruzie maakten over wat ermee moest gebeuren. Geen van hen had de intentie de zaak voort te zetten, maar over een eventuele verkoop bestond een uitzichtloze patstelling. Maandagochtend belde ik de makelaar in Doetinchem. Hij noemde een verkoopprijs en in een opwelling bood ik de helft. Op dinsdagochtend had ik een hotel gekocht.

Nog wat beduusd belde ik direct naar Hilde. ‘Ik heb een hotel gekocht’ zei ik zonder enige inleiding. Het bleef even stil aan de andere kant, maar al snel hoorde ik ‘wat, een hotel?’. Ik legde haar uit hoe het was verlopen en dat ik zelf ook nog wat beduusd was. Tot mijn verbazing was ze enthousiast. Enthousiaster dan ik begreep ik al snel, want ze begon direct met het maken van plannen en kwam met allerlei ideeën over de keuken, de kamers en personeel…

Die nacht deed ik geen oog dicht.

Categorieën
Blogbericht Paul

Somberte

Hoewel ik doorgaans redelijk opgewekt door het leven wandel, zijn er momenten dat ik door een diepe somberte – bestaat dit woord wel? – wordt overvallen. Vaak zoals iedereen wel overkomt door een directe aanleiding, een krantenbericht of het nieuws van acht uur, maar soms ook juist op momenten dat er ogenschijnlijk geen reden is om mijn reguliere vrolijkheid door kommer en kwel te laten wegdrukken. Integendeel. Het kan me overvallen op een zorgeloze dag op een zonnig strand aan de oceaan, of als ik vanaf de tee van de 16de op De Dommel om me heen kijkt en me realiseer dat ik midden in een overweldigend stukje natuur sta. Of tijdens een etentje met mijn beste vrienden die genieten van wat ik bij elkaar heb gekokkereld. Ineens is het of alles om me heen wegvalt, mijn gedachten stilvallen en de wereld om me heen zich samenklontert in mijn ziel. Er blijft alleen nog emotie over. Mijn zintuigen houden even pauze, ik hoor of zie niet meer wat er om me heen gebeurt en het is alsof ik los kom van mijn omgeving. Alleen nog een diep verdriet. Is het de realisering dat het allemaal tijdelijk is? Dat juist de mooiste momenten me confronteren met mijn sterfelijkheid? Als dan de tranen zich aankondigen, verman ik me. Want het leven is toch mooi….!

Categorieën
Blogbericht Paul

mis-leider

Als ik in Frankrijk ben, laat ik het Nederlandse nieuws graag aan me voorbij gaan. Lastig met die NOS- en nu.nl-apps, maar ik probeer me ervan te weerhouden. Behalve als de Franse pers iets te melden heeft over ons kikkerlandje, wat overigens maar zelden het geval is, dan neem ik dat graag tot me. Zo las ik in de Sud-Ouest, een soort AD voor de Aquitaine, dat het de socialistische baas van Schiphol is gelukt om in enkele jaren van een van de meest efficiente luchthavens van Europa de risee van het continent te maken. Maar ja, als je structureel je werknemers onderbetaalt, kan het niet als een verrassing komen dat nieuwe arbeid zich niet massaal meldt en dat degenen die er nog werken het bijltje erbij neer gooien. Omdat ze van elf naar veertien euro per uur willen, wat me niet overdreven lijkt in deze tijd. Maar goed, refo en socialisme blijkt weer eens een giftige combi.

Ik lig hier op mijn handdoekje te genieten van het uitzicht over de bassin d’Arcachon, omdat ik bij de communie van mijn 9-jarige kleindochter Paloma moest en wilde zijn. hoewel de kerken in Frankrijk net zo leeg zijn als in Nederland, worden de katholieke tradities hier nog volop gevierd. Dopen, communie, vormsel, trouwerijen, begrafenissen en andere sacramenten vinden, doorgaans in dezelfde vorlgorde, standaard in de kerk plaats. Reden voor een feestje, lees eten en drinken. Het was 35 graden, maar iedereen zag er paasbest uit, de kindertjes keurig gekapt en in het wit en de meeste ouders en andere familie, want iedereen wordt geacht acte de presence te geven, strak in het pak. Zo ook ondergetekende. De dienstdoende priester was een invaller en dus voor de goegemeente een onbekende. Maar de nors kijkende mis-leider, al dan niet met koppelteken, liet al snel horen uit welk bedenkelijk hout de man gesneden was. Nog voor de ceremonie goed en wel op gang was, stak hij van wal met een betoog over besnijdenis. Hij dacht dat lijkt me wel wat voor die kindertjes… Dat moslims en joden dat gebruik nodig hebben, maar dat de katholieke kerk als moderne organisatie er niets van wil weten. Ik keek om me heen, maar niemand die zelfs maar verbaasd keek, of even de wenkbrauwen fronste. The mind boggles..

Bij terugkomst in Nederland bleek dat ik gelukkig gevrijwaard was gebleven van de in populistische kringen inmiddels gangbare tekst van een FvD-pannenkoek dat Jaap van Dissel corrupt is en dat die wetenschap ook maar een mening is. Dat constant zagen aan de pijlers van onze democratie, de rechtspraak, het parlement, de wetenschap en vooral de vrije pers door dit soort complotdenkende minkukels moet toch een keer afgelopen zijn. Natuurlijk mag je alles zeggen van je denkt, maar het verdient wat mij betreft de voorkeur als je de volgorde van die twee werkwoorden omdraait. Eerst denken en dan pas iets zeggen. Niet dat ik mezelf daar altijd aan houd, maar ik probeer het tenminste. Van de andere kant heeft onze premier Mark Rutte van Dissel en de OMT-leden zelf erg kwetsbaar gemaakt door er tijdens de corona-crisis keer op keer op te hameren dat de wetenschap en daarmee de wetenschappers leidend zijn. En dat is niet alleen principieel onjuist, maar ook laf. De wetenschap legt de feiten op tafel, maar de politieke keuzes worden door het kabinet gemaakt. Je kunt je niet ten koste van de wetenschappers achter hen verschuilen, alsof zij die keuzes hebben gemaakt. Rosanne Hertzberger (NRC 4/6) heeft met haar doorgaans verfrissende afwijkendheid gelijk.

Ik begrijp dat ook het begrip omvolking inmiddels kan rekenen op dagelijkse parlementaire aandacht. Had ik ook gemist. Vooral nadat bij het extreem-rechtse Ongehoord Nederland (publieke omroep…sic) het Vlaamse gezwel de Winter er ongegeneerd een half uur over kon kakelen zonder enige kritiek of tegenspraak van de slaafse interviewer. Over journalistiek gesproken. Waar is het historisch besef? We begeven ons hiermee op een hellend vlak. Alle grenzen lijken weggevallen en Bergkamp moet die weer aangeven. Er zijn namelijk grenzen. Ook aan de vrijheid van meningsuiting.

Na twaalf jaar Rutte is het vertrouwen in de politiek vrijwel tot een nulpunt gedaald. Niet onlogisch dat het volk op zoek gaat naar iets anders en dan zijn heil vindt bij duistere types met hele enge denkbeelden. Nee, het ligt niet aan Rutte, je ziet hetzelfde proces zich afspelen in Frankrijk, de VS, Belgie, Duisland, Oostenrijk, Scandinavie etc. Misschien is het wel aan Rutte te danken dat het geen van de Baudets en Wildersen is gelukt werkelijk iets in de melk te brokkelen te hebben. Lang leve Mark Rutte dus! Plak er nog maar twaalf jaartjes aan Mark!

Dank voor het lezen. Ik lul ook maar wat….