Categorieën
Blogbericht Paul

Fobie

Niet meer je huis uit durven. Angst voor de snelweg, niet het strand op kunnen en als je het bos in loopt, nooit te ver van je auto willen zijn. Je auto, je veilige plek. Altijd in de gaten houden hoe je terug kunt en precies de terugweg kennen. En als je het dan toch probeert, ga je je op een gegeven moment onzeker voelen. Of je los van de grond komt, wankel. Je ademhaling gaat hoger zitten, je ademt sneller tot het moment van hyperventileren, wat tot een gevoel van paniek leidt. Je blijft staan en je begrijpt het niet. Waarom voel je je onstabiel, zo onzeker? Je raakt buiten adem terwijl je niets inspannends doet. Je komt niet meer achter je adem, kunt niet meer zuchten. Je laat boeren en af en toe een wind. Wat is er in godsnaam in de hand? Op de snelweg rijd je van afslag tot afslag, zodat je er altijd af kunt. Er vormt zich een cirkel om je huis waarbuiten je niet meer komt. Een cirkel die erop neerkomt dat je altijd binnen een minuut of tien weer thuis bent. Op de fiets betekent dat een paar kilometer, wandelend in het bos misschien maar een maar honderd meter. Want thuis is het veilig. Met zijn tweeën, met name met een vertrouwd iemand, is het makkelijker. Je praat met elkaar, je hebt afleiding en je kunt wat verder weg. De ander stelt je gerust en als je zelf niet rijdt, lukt het om wel af en toe buiten de cirkel te komen. Maar uiteindelijk slaat het toch toe.

Voor velen herkenbare klachten en bekende situaties. In het begin durf je er niet over te praten. Je schaamt je ervoor. Je vindt jezelf zwak. En je bent bang dat mensen vinden dat je je aanstelt of op een andere manier zullen oordelen. Misschien vind je zelf ook eigenlijk dat je je niet moet aanstellen en het gewoon moet blijven proberen tot het zich hopelijk vanzelf oplost. Maar het lost zich niet op en na een aantal maanden of nog langer, ga je dan toch maar een keer naar de huisarts. Met het lood in je schoenen, want je denkt dat je de enige bent met deze problemen en dat ook de huisarts het niet zal begrijpen. Dat blijkt niet zo te zijn en hij toont begrip en zegt zelfs dat hij regelmatig patiënten heeft met soortgelijke klachten. Hij schrijft je een benzodiazepine voor, bijvoorbeeld oxazepam en verwijst je door naar een psycholoog, die je gerust stelt en je vertelt dat hij vaker met dit bijltje heeft gehakt. Cognitieve gedragstherapie in combinatie met de benzo en een antidepressivum moeten de oplossing brengen. Dat laatste om de paniek te dempen zodat je al oefenend moet gaan merken dat de paniek uitblijft. Standaard therapie. De verzekering betaalt maar twintig sessies en je wordt verondersteld na zes maanden genezen te zijn. Het kan zeker zo werken, als de klachten het gevolg zijn van een traumatische ervaring of onderdeel zijn van bijvoorbeeld een postnatale depressie. Maar je hebt er al 35 jaar last van. Wat dan?